Banner mainpage

Collapse

Announcement

Collapse
No announcement yet.

Hebben de demonstrerende boeren gelijk?

Collapse
X
 
  • Filter
  • Time
  • Show
Clear All
new posts

  • Gaan we astronautenpillen eten dan?

    Comment


    • https://www.nu.nl/wolf/6352024/wolve...nen-maken.html

      Comment


      • Kijk, in N-Brabant hebben ze ballen!! https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/256...-het-toch-doen

        Comment


        • https://www.nu.nl/uit-andere-media/6...aanpakken.html


          Trouw
          Jonge boer wil vergrijzing EU-landbouw aanpakken


          Door Trouw/Lukas van der Storm

          Akkerbouwer Peter Meedendorp (24) uit het Groningse Onstwedde is voorzitter van de Europese jonge boeren. Hij doet hard zijn best de gemiddelde leeftijd van Europese boeren omlaag te krijgen.
          Dit artikel is afkomstig uit Trouw. Elke dag verschijnt een selectie van de beste artikelen uit de kranten en tijdschriften op NU.nl. Daar lees je hier meer over.

          Het is hoogseizoen op akkerbouwbedrijf Meedendorp in Onstwedde. De lentelucht boven de Groningse Veenkoloniën is dezer dagen strakblauw. En dus zijn de omstandigheden ideaal om aardappels te poten en uien en suikerbieten te zaaien.

          "Druk, maar goed te doen, want het gaat allemaal lekker achter elkaar door", zegt Peter Meedendorp. "Het land is droog en goed begaanbaar met machines. Dat was de afgelopen jaren wel anders, met al die regen."

          Het natte voorjaar van 2023 en 2024 ging bij veel akkerbouwers met kopzorgen gepaard. Ze konden toen door alle neerslag pas later in de lente het land op. Te laat, eigenlijk. Veel aardappels waren rond 1 oktober nog niet oogstrijp. Boeren op zandgrond kwamen daardoor in de knel met Europese regels.

          Voor milieu- en waterdoelen is het van belang om op tijd te oogsten. Het wintergewas dat de bodem kan herstellen en verbeteren, krijgt dan beter de kans om te groeien. Vandaar dat boeren die 1 oktober niet haalden in het volgende groeiseizoen minder mest mochten uitrijden. Die zogeheten 'kalenderlandbouw' leidde tot frustraties op het erf: het natte weer was immers een typisch geval van overmacht.

          De EU is nooit ver weg


          Zo is de Europese Unie ook op het bedrijf van Peter Meedendorp (24) nooit ver weg. En zeker niet alleen omdat de koeling vol staat met aardappels van een boer net aan de andere kant van de Duitse grens. "Veel vertegenwoordigers in de agrarische sector zijn erg op Den Haag gericht. Maar ons landbouwbeleid wordt voor een groot deel in Brussel bepaald", zegt hij.

          Als iemand dat kan weten, is het Meedendorp wel. Hij studeerde internationale betrekkingen in Groningen, volgde daarna een master economie in Wageningen én is sinds twee jaar voorzitter van Ceja, de Europese organisatie voor jonge boeren. In die rol sprak hij de afgelopen maanden nadrukkelijk mee over de landbouwvisie die de nieuwe Eurocommissaris Christophe Hansen onlangs presenteerde.

          De Luxemburgse EU-bestuurder laat geen gelegenheid onbenut om het belang van jonge boeren te benadrukken. De landbouw is in roerige geopolitieke tijden van groot strategisch belang, redeneert Hansen. Het vak van boer moet dan wél aantrekkelijk genoeg zijn om jongeren te verleiden tot een carrière in de landbouw. Nu is een EU-boer gemiddeld 57 jaar oud; die leeftijd moet hoognodig omlaag.

          "Dat zijn goede stappen", concludeert Meedendorp. "We zien dat de nieuwe Eurocommissaris heel erg het Ceja-narratief volgt." Maar hij waakt wel voor te hoge verwachtingen van de nieuwe wind in Brussel. Die zal zeker niet alles omver blazen, verwacht hij. Sterker nog: er komen misschien wel nieuwe bedreigingen op het boerenerf af.

          Veel boeren lijken in de visie van Hansen een breuk te herkennen met Europese milieuregels waar zij tegenaan lopen. Is dat dan onterecht?


          "Over de visie van Hansen ben ik erg te spreken. Hij hecht belang aan een sterke agrarische sector voor de toekomst van Europa. En wil het gemeenschappelijk landbouwbeleid van de EU vereenvoudigen. Dat is ook nodig: veel van onze Ceja-leden lopen vast in de bureaucratie."

          "Regels zijn nooit leuk, maar mensen realiseren zich niet altijd de voordelen van zo'n gemeenschappelijk landbouwbeleid. Daardoor hebben we binnen Europa een grote interne markt met een ongeveer gelijk speelveld. Die staat nu wel onder druk. Want lidstaten willen zelf meer prioriteiten kunnen aangeven in de manier waarop ze het beschikbare budget verdelen."

          "Bovendien is het de vraag of er voldoende geld beschikbaar blijft als er veel meer naar defensie gaat. Als alle EU-ministers van landbouw bij elkaar zitten, zegt iedereen dat een goed budget van groot belang is. Maar ze moeten dat allemaal nog wel bij hun nationale regering bevechten."

          Tegen welke problemen lopen jonge boeren in de EU nu aan?


          "Ze hebben vaak onvoldoende toegang tot grond, financiering en kennis, al zijn de problemen niet overal hetzelfde. In Nederland is veel kennis binnen handbereik, via ketenpartijen, coöperaties en bij de Universiteit Wageningen. Maar de grondprijzen zijn hier enorm hoog. Dat maakt het erg lastig om boer te worden als je ouders dat niet ook al zijn. Daarom zijn we vanuit het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt al eens de actie 'Boer Zoekt Boer' gestart. Om boeren zonder opvolger te koppelen aan jongeren die graag boer willen worden, maar geen bedrijf hebben om over te nemen."

          "Een bedrijf overnemen vergt sowieso grote investeringen, terwijl de onzekerheid over de toekomst groot is. Dat zien we in Zuid-Europese landen terug omdat de gevolgen van klimaatverandering daar heel erg zichtbaar zijn, bijvoorbeeld door droogte."

          "In landen als Zweden, Finland en de Baltische staten speelt het gebrek aan voorzieningen op het platteland sterk mee. Als een regio zo afgelegen is dat er geen school meer in de buurt is, dan wordt het lastig om daar een toekomst op te bouwen."

          In hoeverre zijn de belangen van al die Europese jonge boeren hetzelfde? Een kleine boer in Griekenland kan ook last hebben van Nederlandse kastomaten in zijn supermarkt.


          "Uiteindelijk zijn boeren soms ook concurrenten van elkaar. Maar die sfeer merk ik binnen Ceja niet zo. Er is denk ik ook meer wat ons bindt. En dat is dat de sector vergrijst en het al moeilijk genoeg is om genoeg jonge boeren te behouden."

          Nederlandse boeren lopen vooral aan tegen Europese afspraken om natuur en milieu te beschermen. Hoe is dat in andere landen?


          "Daar merken ze vooral dat de bureaucratie is toegenomen doordat er steeds meer eisen aan duurzaamheid worden gesteld. Dat zorgt voor administratieve rompslomp en soms zijn die regels tegenstrijdig. Ze kosten boeren ook extra geld, terwijl het Europese budget kleiner wordt en de markt nog niet bijspringt."

          "De frustratie daarover was de rode draad bij de boerenprotesten in veel EU-landen, begin vorig jaar. Voor die situatie heeft Hansen veel aandacht, en die heldere boodschap kan zeker helpen."

          "In Nederland speelt nog iets anders. We hebben de afgelopen decennia afspraken gemaakt om natuurgebieden te beschermen en te zorgen voor een goede waterkwaliteit. Het lukt ons niet om daaraan te voldoen in een land waar veel gebeurt, met 18 miljoen mensen, een sterke industrie én een grote agrarische sector. Daar loopt Nederland heel erg tegenaan, maar in veel andere landen speelt dat minder."

          En dus wil het kabinet daarover opnieuw onderhandelen. De grondhouding van Hansen biedt hoop. Toch?


          "Het helpt Nederland misschien dat er een sterke Eurocommissaris zit die voedselproductie van strategisch belang vindt. En liefst zoveel mogelijk boeren behoudt. Maar Hansen bepaalt onze speelruimte niet. Dat is vooral een zaak van de lidstaten onderling. En op dat politieke speelveld gaat het lang niet alleen over landbouw: daar worden belangen uitgeruild."

          "Wat ik in Nederland vaak mis, is een transparante discussie over hoe we dat soort onderhandelingen voeren. Nederland was met Hongarije als enige land tegen het plan om 800 miljard in defensie te investeren, omdat het strak wilde vasthouden aan de begrotingsdiscipline. Zo'n opstelling krijg je dan in een ander dossier terug."

          "Bij natuurbeleid zijn we een van de weinige vragende partijen die graag een uitzondering op de regel willen. Dan moet je niet raar opkijken als andere landen vinden dat wij onszelf altijd zo star opstellen als het gaat om fiscale regels."

          Hoe zie je jouw eigen toekomst als jonge boer in Nederland?


          "We zitten hier in Groningen op een gunstige plek voor landbouw. Er is relatief veel ruimte, al zitten we ook hier in de buurt van beschermde natuurgebieden. De uitspraak van de Raad van State over lelieteelt baart me wat dat betreft wel zorgen. Als voor lelies bij elke teelt moet worden onderzocht wat de invloed is op Natura 2000-gebieden, waarom zou dat dan niet voor aardappels en uien gelden?"

          "Als we straks voor elke teelt bij de natuur een vergunning nodig hebben, is het einde zoek. Toch hoop ik dat ik hier thuis het bedrijf kan overnemen. Als het hier niet meer kan, dan kan het nergens meer in Nederland."

          Comment


          • https://www.youtube.com/watch?v=mOaf7NfTpOg

            ‘’We hebben absoluut geen stikstofprobleem. Het is een gecreëerd probleem.’’ | Op1

            Comment


            • https://aaaeco.nl/blunder-stikstofme...volgen-hebben/

              Stikstofmeting aan grond, enorme blunder?

              Wij zien steeds vaker discussies over de betrouwbaarheid van een stikstofmeting. Recent kwam er een rapport naar buiten met verontrustende informatie over een mogelijk foutieve berekening. De conclusies van dit rapport raken veel mensen en sectoren. Heeft deze blunder met de stikstofmeting gevolgen, en willen wij dat ook echt? In dit artikel gaan wij dieper in op de situatie. Wij bekijken de recente misstap, de impact op bouwprojecten en de rol van ammoniak uitstoot. Ook bespreken wij wat dit betekent voor een duurzame ontwikkeling. Lees verder om een helder overzicht te krijgen van alle feiten en inzichten

              Introductie: waarom deze stikstofmeting zo belangrijk is


              Stikstof is een gas dat van nature in de atmosfeer voorkomt. Toch kan een te grote hoeveelheid stikstofverbindingen in de natuur voor verstoringen zorgen. Een meting van stikstof is daarom cruciaal om een balans te vinden tussen economische activiteiten en het beschermen van de leefomgeving. Te veel neerslag van schadelijke verbindingen kan planten, dieren en ecosystemen ernstig aantasten. Mensen maken zich zorgen over de effecten op natuurgebieden, de landbouw en de volksgezondheid.

              Om een duidelijk beeld te krijgen van hoeveel stikstof daadwerkelijk in de lucht en omgeving aanwezig is, maken experts vaak gebruik van modellen. Deze modellen berekenen op basis van diverse variabelen hoeveel stikstof er mag worden uitgestoten. Die inzichten bepalen vervolgens of er strenge maatregelen nodig zijn of niet. Denk aan het stilleggen van projecten of het invoeren van extra controles. Een kleine afwijking in de berekeningen kan grote gevolgen hebben. Iedereen wil immers met betrouwbare data werken
              Waarom is deze blunder bij een stikstofmeting nu zo’n probleem? De berekeningen hadden invloed op allerlei lopende bouwprojecten en vergunningaanvragen. Men vreesde dat de natuur te veel extra stikstof zou verwerken. Later bleek dat de werkelijke cijfers veel lager waren dan in eerste instantie gedacht. Wij zien dat dit direct vragen oproept. Hoe kunnen rekenmodellen zo ver afwijken van de realiteit? Wie houdt toezicht op de methodes die worden gebruikt? En wat betekent dit voor de toekomst van duurzaam beleid? In het volgende gedeelte duiken wij dieper in de achtergrond van deze meetfout

              Achtergrond van de blunder bij een stikstofmeting


              Er bestaat een breed scala aan meetmethodes en computermodellen om te bepalen hoeveel stikstof in de lucht zit. Door veranderingen in emissies en weersomstandigheden zijn modellen complex. Bovendien proberen zij niet alleen huidige concentraties te meten, maar ook voorspellingen te maken voor de toekomst

              Er kwam onlangs aan het licht dat een veelgebruikt rekenmodel een flinke afwijking toonde. Een belangrijke instantie meldde dat de daadwerkelijke uitstoot veel lager was dan de cijfers die eerder in rapporten stonden. Het verschil bleek volgens sommige bronnen wel tot een factor van negentig te kunnen oplopen. Dat is natuurlijk gigantisch

              De oorzaak van deze blunder ligt mogelijk bij verkeerde aannames in het model. Misschien waren er onjuiste invoerwaarden of is er geen rekening gehouden met bepaalde natuurlijke processen die stikstof afbreken. Ook kan het gebeuren dat een universiteit, onderzoeksbureau of andere instantie verkeerde data heeft aangeleverd

              Soms werkt men met vuistregels of gemiddelden die in de praktijk helemaal niet blijken te kloppen. Wat begint als een kleine fout, kan in een complexe formule een grote afwijking veroorzaken. Een dergelijke fout heeft invloed op de besluitvorming van overheidsinstanties. Zij hebben de plicht om natuurgebieden te beschermen, maar ook om ruimte te geven aan economische groei. Wanneer men voorzichtige maatregelen neemt op basis van overschatte cijfers, leidt dat tot onnodige beperkingen. Dat veroorzaakt weer frustratie bij bouwers, agrariërs en andere belanghebbenden die alles hebben ingediend volgens de regels

              Wij zien dat deze situatie ook vragen oproept over de toekomst. Moeten de huidige wetten en regels nu worden aangepast, omdat de basis waarop zij steunen niet geheel betrouwbaar is? Of moeten we de rekenmethodes grondig doorlichten om preciezere data te verkrijgen, zodat we niet blind hoeven te vertrouwen op één enkel model? In het volgende deel gaan wij in op de concrete gevolgen van deze fout voor de maatschappij

              Impact van een foutieve stikstofmeting

              Een onnauwkeurige stikstofmeting kan verstrekkende gevolgen hebben. Veel sectoren werken onder strikte regelgeving. Denk aan de bouw, de landbouw en de industrie. Deze sectoren hebben vaak vergunningen nodig om uit te breiden of nieuwe projecten te starten. De overheid baseert zo’n vergunning op berekende hoeveelheden stikstofdepositie die een project zou kunnen veroorzaken.

              Wanneer een rekenmodel onterecht hoge waarden laat zien, ontstaat de indruk dat de natuur ernstig bedreigd wordt. Dat leidt mogelijk tot het afwijzen of vertragen van projecten. Daarmee komt de woningmarkt in het gedrang. Nieuwe woningen blijven uit of lopen lang vertraging op. De bouwsector kampt dan met teruglopende opdrachten, en de prijzen van woningen kunnen stijgen door schaarste.

              Ook de agrarische sector heeft te maken met deze regels. Veel boeren werken met meststoffen en veestapels die bijdragen aan de hoeveelheid stikstofverbindingen in de lucht. Een fout in de berekeningen kan leiden tot extra strenge controle of beperkingen die op basis van correcte cijfers wellicht minder nodig zouden zijn. Het kan ook andersom gebeuren. Als de modellen te gunstig uitvallen, dreigt het risico dat men de natuur onvoldoende beschermt.

              Bovendien leidt een schokgolf in de economie tot minder vertrouwen. Bedrijven willen niet investeren als zij er niet zeker van zijn dat zij een vergunning krijgen. Bankinstellingen kunnen huiverig worden om leningen te verstrekken, omdat zij twijfelen of een project wel doorgaat. Zo kan een verkeerde stikstofmeting niet alleen individuele ondernemers raken, maar ook de algehele economische groei afremmen.

              De maatschappelijke onrust neemt toe als mensen merken dat regels voortdurend veranderen op basis van twijfelachtige data. Burgers zien dat er besluiteloosheid heerst. Zij vragen zich af of de verantwoordelijkheid bij de overheid of de wetenschappelijke instituten ligt. Talloze infrastructuurprojecten kunnen stagneren, terwijl men juist behoefte heeft aan betere wegen of openbaar vervoer. Dat alles heeft invloed op de leefbaarheid en de werkgelegenheid in een regio

              Overheden hebben de taak om tot helder beleid te komen. Zij moeten de natuurwaarden garanderen en tegelijkertijd zorg dragen voor economische ontwikkeling. Een blunder in een stikstofmeting ondermijnt dat delicate evenwicht. Wij zien dat veel mensen pleiten voor een nieuwe aanpak met meer metingen in het veld en minder afhankelijkheid van theoretische aannames. Anderen benadrukken juist dat modellen essentieel zijn om toekomstige trends te voorspellen

              Hoe dan ook is de impact groot. Een vertraging of stopzetting van projecten kan leiden tot financiële schade, werkloosheid en gemiste kansen op innovatie. Daar tegenover staat het risico dat de natuur onherstelbare schade lijdt als men niet ingrijpt. De discussie gaat dus niet alleen over cijfers. Het gaat over hoe wij in onze samenleving een balans vinden tussen onze behoefte aan groei en onze plicht om de aarde leefbaar te houden

              De rol van ammoniak uitstoot

              Bij stikstof denken veel mensen aan verkeer en industrie. Toch komt een groot deel van deze problematiek ook voort uit de ammoniak uitstoot. Ammoniak is een stikstofverbinding die vooral in de veehouderij voorkomt. Mest is hier een belangrijke bron van. Wanneer ammoniak in aanraking komt met andere stoffen, kunnen er schadelijke verbindingen ontstaan. Deze kunnen neerslaan op natuurgebieden en planten verzwakken

              Een fout in de berekening van ammoniak uitstoot werkt door in alle discussies rond stikstof. Vaak wordt er gesproken over de totale stikstoflast. Daarbij wordt niet altijd duidelijk onderscheid gemaakt tussen verschillende soorten stikstofverbindingen. Ammoniak kan een groot aandeel vormen in de totale emissie. Vandaar dat goede data over deze verbinding van cruciaal belang is.

              Als later blijkt dat de daadwerkelijke ammoniak uitstoot veel lager is dan in een model stond, verandert het hele beeld. Misschien zijn bepaalde veehouderijen minder belastend dan men ooit dacht. Dat kan ruimte geven aan groei of modernisering. Tegelijkertijd kan het leiden tot discussies over de noodzaak van strenge maatregelen. Boeren willen weten waar zij aan toe zijn, en ook natuurorganisaties willen duidelijkheid

              Sommige experts wijzen erop dat men niet alleen moet kijken naar de korte termijn effecten. Zelfs als de ammoniak uitstoot op dit moment lager blijkt, kan de cumulatieve impact op de natuur over meerdere jaren groot blijven. Een incident zoals deze rekenblunder onderstreept juist het belang van nauwkeurige en constante monitoring. Wij willen niet in een situatie belanden waarin de natuur steeds een beetje extra stikstof opneemt tot de schade onomkeerbaar is

              Verder is het relevant om te beseffen dat ammoniak een van de voornaamste emissies is die leiden tot geurhinder en andere omgevingsklachten. Gemeenschappen rondom agrarische gebieden ervaren soms overlast. Een onderschatting van ammoniak in de modellen kan betekenen dat inwoners van zo’n regio zich niet serieus genomen voelen. Te hoge inschattingen daarentegen kunnen leiden tot onnodig strenge regels. Wij zien dan ook dat deze blunder met de stikstofmeting meer losmaakt dan alleen verontwaardiging. Het schept een urgentie om modellen en meetmethoden beter te controleren


              Comment


              • Duurzame ontwikkeling en de gevolgen van deze blunder


                Duurzame ontwikkeling draait om het evenwicht tussen menselijke activiteiten en de draagkracht van onze planeet. Veel beleidsmaatregelen richten zich op het terugdringen van schadelijke emissies, waaronder stikstof en ammoniak. Als de modellen verkeerd zijn, weten we niet precies hoeveel ruimte er is om te bouwen, te boeren of te ondernemen zonder de natuur te overbelasten. Dat heeft directe gevolgen voor onze visie op duurzaamheid.

                Een actueel voorbeeld is de vraag hoe wij onze steden vormgeven. Willen wij meer woningen of bedrijventerreinen bouwen, dan kijken we naar de bijbehorende uitstoot. Soms wordt een project alleen goedgekeurd als de stikstofbijdrage onder een bepaalde drempel blijft. Een foutieve meting kan betekenen dat wij te streng of juist te laks beleid voeren. Beide gevallen zijn problematisch.


                Bij duurzame ontwikkeling gaat het niet alleen om het hier en nu. Wij willen er zeker van zijn dat toekomstige generaties ook in schone lucht kunnen leven en dat er voldoende biodiversiteit is. Bij verkeerde rekenmodellen lopen we het risico dat we pas na jaren ontdekken dat we te veel stikstof hebben vrijgelaten. Dan kan een natuurgebied onherstelbare schade hebben opgelopen. Of we merken juist dat we heel voorzichtig zijn geweest terwijl er misschien meer ruimte was voor economische groei met verantwoorde technieken.

                Hier ligt ook een kans. De recente ophef kan als katalysator dienen om de methodes achter stikstofmetingen te verbeteren. Wellicht komen er strengere eisen voor het valideren van modellen. Of men besteedt meer aandacht aan meetpunten in de praktijk. Dit kan leiden tot efficiënter beleid dat ruimte biedt aan noodzakelijke ontwikkelingen en tegelijkertijd de natuur beschermt.

                Voor duurzame ontwikkeling is het belangrijk dat alle betrokken partijen dezelfde basisgegevens hebben. Pas dan kunnen wij samen beslissen over de juiste maatregelen. Onbetrouwbare data schept verdeeldheid. De ene partij zegt dat de cijfers niet kloppen, de andere partij beroept zich juist op diezelfde cijfers om streng beleid te rechtvaardigen. Wij zien dat er hierdoor een patstelling ontstaat. Dat leidt tot vertraging in belangrijke duurzame initiatieven, zoals de overgang naar schonere energie of vernieuwende bouwprojecten die rekening houden met de natuur.

                Ook is het van belang dat wij oog hebben voor internationale afspraken. Verschillende landen werken samen om emissies te verlagen. Als onze eigen metingen niet op orde zijn, is het lastig om geloofwaardig te onderhandelen of afspraken na te komen. Dit kan onze positie binnen samenwerkingsverbanden verzwakken. Voor een toekomstbestendig beleid moeten we dus zorgen dat deze blunders in een stikstofmeting niet de norm worden.

                Deze gebeurtenis illustreert dat wetenschap en politiek onlosmakelijk verbonden zijn. Wetenschappers leveren de data en modellen, politici nemen vervolgens besluiten. Wanneer de wetenschap een fout maakt, heeft dat grote politieke en maatschappelijke impact. Daarmee is het cruciaal om transparant te zijn over onzekerheden en om voortdurend te werken aan verbetering.

                Hoe nu verder met stikstofmeting en toekomstig beleid



                De vraag die veel mensen nu stellen is: hoe voorkomen we dat zo’n blunder zich herhaalt? En hoe lossen we de ontstane schade op? Er zijn verschillende wegen die we kunnen bewandelen.
                Betere kwaliteit van metingen


                Allereerst is het belangrijk dat er meer veldmetingen komen. Modellen zijn nuttig, maar veldmetingen bieden directe, concrete data.

                Door op meerdere locaties en momenten te meten, kan men vaststellen of de voorspellingen in lijn zijn met de werkelijkheid.

                Dit betekent dat er extra budget nodig is voor meetapparatuur en voor mensen die deze data analyseren. Maar een goede meetbasis is de ruggengraat van elk duurzaam beleid.

                Transparante controle en verificatie


                Daarnaast moet er een onafhankelijke instantie toezien op de rekenmodellen die gebruikt worden. Deze instantie kan regelmatig controleren of de gebruikte aannames nog kloppen met de praktijk. Als blijkt dat een model structureel afwijkt, moeten de wetenschappers en beleidsmakers samen kijken hoe dit komt. Misschien moeten bepaalde parameters worden bijgesteld of moet een ander model worden gekozen.

                Verantwoordelijkheid delen


                Het is niet zo dat alleen overheden of onderzoekers aan zet zijn. Ook de sectoren zelf kunnen maatregelen nemen. Bouwers kunnen innovatieve technieken toepassen die de uitstoot beperken. Boeren kunnen investeren in systemen die de ammoniak uitstoot verlagen. Industrieën kunnen alternatieve processen inzetten om minder stikstofoxiden te genereren. Zo werkt iedereen samen om het risico op overschrijdingen te verkleinen.

                Ruimte voor aanpassing


                Het is ook van belang om wet- en regelgeving flexibel genoeg te maken. Wanneer blijkt dat er nieuwe data beschikbaar is die afwijkt van eerdere aannames, moeten beleidsmakers snel kunnen schakelen. Dat betekent niet dat men constant nieuwe wetten maakt, maar wel dat er ruimte is om vergunningen te heroverwegen of reeds genomen besluiten te herzien.

                Meer dialoog en samenwerking


                Tot slot is open communicatie onmisbaar. Belanghebbenden willen weten waarom een besluit is genomen en op basis van welke cijfers. Als vervolgens blijkt dat een rekenmethode een forse fout bevat, moet men eerlijk zijn over wat dit betekent voor lopende projecten. Op die manier kunnen we de schade of vertraging enigszins beperken.

                Al deze elementen samen bepalen hoe wij in de toekomst omgaan met stikstof en ammoniak. Het is duidelijk dat deze kwestie niet snel verdwijnt. De druk op de natuur is groot, en de samenleving vraagt om nieuwe woningen, infrastructuur en voedselproductie. De enige manier om die belangen te verenigen is door data te hebben die de realiteit weerspiegelt. Dan kunnen wij goede afwegingen maken tussen economische groei en ecologische grenzen.

                Conclusie

                De blunder bij de stikstofmeting is meer dan een kleine fout. Het is een wake-upcall die laat zien hoe kwetsbaar beleid kan zijn als het te veel leunt op één model. De impact is voelbaar in de bouw, de agrarische sector, de industrie en uiteindelijk in de hele samenleving. De ammoniak uitstoot, een belangrijk onderdeel van de totale stikstofproblematiek, is hier nauw bij betrokken.

                Wij zien dat deze meetfout leidt tot kritische vragen over onze aanpak van duurzame ontwikkeling. Hoe kunnen wij beleid vormgeven zonder te vervallen in paniek of juist laksheid, wanneer blijkt dat onze rekenmethoden verre van perfect zijn? De oplossing ligt in het combineren van nieuwe metingen, onafhankelijke controles en een transparante communicatie. Wij hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de juiste data beschikbaar is en blijft.

                De gevolgen van een verkeerde stikstofmeting zijn groot. Projecten kunnen stilvallen, terwijl die misschien nodig zijn om onze woningen en infrastructuur te verbeteren. Het vertrouwen in overheidsinstanties en wetenschappelijke bureaus kan een deuk oplopen. Mensen hebben behoefte aan zekerheid en duidelijkheid. Deze situatie laat zien dat wij die zekerheid alleen krijgen met solide wetenschap en zorgvuldige besluitvorming.

                Uiteindelijk kan deze blunder een positieve ommekeer betekenen. Mogelijk komt er nu meer aandacht voor kwaliteit en transparantie in de meting van stikstof en ammoniak. Dit kan leiden tot een betere afstemming van beleid op de werkelijke situatie in het veld. Dan kunnen wij werken aan een duurzame toekomst, waarin zowel natuur als economie op een gezonde manier kunnen bloeien.

                Zolang wij bereid zijn te leren van fouten en onze systemen te verbeteren, blijft de weg naar duurzame ontwikkeling open. Dat vraagt om betrokkenheid van iedereen. Wij willen een goed meetnet, robuuste rekenmodellen en een kritische blik. Alleen dan kunnen wij beleid maken dat rekening houdt met de ecologische grenzen en toch ruimte laat voor innovatie, groei en welzijn.

                De blunder in de stikstofmeting moet gevolgen hebben, want alleen op die manier kunnen wij bouwen aan een toekomst waarin mens en natuur in balans zijn.

                Comment


                • https://www.ad.nl/binnenland/doorbra...leid~aa6d0853/


                  PREMIUMSlimme chips kunnen die stikstof en tal van andere stoffen in de stal continu meten © One Planet / Rob Engelaar

                  Doorbraak in meten stikstof: nieuwe chip biedt hoop voor nauwkeurig beleid


                  Onderzoekers van de Wageningen Universiteit kunnen met heel kleine, betaalbare chips precies in stallen meten hoeveel ammoniak of methaan er wordt uitgestoten. De vinding kan een doorbraak betekenen in het stikstofprobleem, denken de onderzoekers.

                  De nieuwe meettechnologie moet boeren veel meer grip geven op de uitstoot van hun bedrijf. Hierdoor kunnen ze gerichter maatregelen nemen en ook bewijzen wat hun daadwerkelijke uitstoot is. Nu wordt dit enkel berekend op basis van modellen.

                  ,,Het betrouwbaar meten van lage concentraties van meerdere gassen tegelijkertijd is binnen handbereik”, zegt programmamanager Remco Suer van onderzoekscentrum OnePlanet. Dit kan op termijn ook bij fabrieken en in het transport worden toegepast, denkt hij.

                  OnePlanet Research Center, waarin de universiteiten van Wageningen en Nijmegen samenwerken met het instituut imec, presenteerde de fotonische chip donderdag aan Tweede Kamerleden in Den Haag.

                  Al lang tijd discussie over ‘modelwerkelijkheid’


                  Al lange tijd pleiten boeren, maar ook wetenschappers en politici voor meer metingen op boerderijen. Op dit moment wordt de uitstoot van een boerderij, bijvoorbeeld bij het aanvragen van een vergunning, namelijk alleen berekend. Dat gebeurt onder meer op basis van het aantal dieren en de stalsystemen die de boer gebruikt. Dit heet het Aerius-systeem.

                  Voor boeren betekent het systeem dat ze in veel gevallen niet gericht kunnen sturen op minder uitstoot. Nu zijn er boeren die al met tal van maatregelen ervoor zorgen dat er minder stikstof uit de stal komt en dit soms ook met eigen metingen bewijzen. Omdat de overheid zich alleen baseert op modellen, zijn die metingen bij een nieuwe vergunningaanvraag niets waard.

                  Die kromme situatie kan alleen recht getrokken worden als er op zeer grote schaal in de landbouw stikstofuitstoot wordt gemeten. Dat is met de huidige meettechnieken echter heel duur en lastig uit te voeren.

                  Door meettechnologie in één heel kleine chip samen te brengen, kan dit echter wél, daar is Suer van overtuigd. ,,Door continu te gaan meten in de stal, krijg je als boer handvatten voor je bedrijfsvoering. Je kunt direct effecten zien als je iets aanpast in de stal. Uiteindelijk is het ook beter voor de vergunningverlening.”

                  Hoop op steun uit Den Haag


                  Dat is ook de reden dat de technologie nu aan leden van de Tweede Kamer is gepresenteerd. Den Haag broedt op oplossingen om uit het zoveelste hoofdstuk van de de stikstofcrisis te komen en te zorgen dat er weer makkelijk vergunningen verleend kunnen worden. Daarbij wordt voor zover bekend nog vooral vastgehouden aan modellen. ,,,,Wij willen niet dat de politiek deze sensortechnologie vergeet in de plannen die ze nu maakt”, zegt Suer.

                  Tegelijkertijd hopen de onderzoekers op steun vanuit Den Haag voor de toepassing van deze chips voor deze meettechnologie. De industrie zal de verdere ontwikkeling van de technologie namelijk niet zomaar oppakken, denkt OnePlanet.

                  Als er extra geld is uit Den Haag dan denken de onderzoekers dat sensorsystemen met de slimme chips over twee jaar klaar zijn voor productie, zodat veel boeren ze dan aan kunnen schaffen.

                  Enthousiasme in Gelderland


                  In de provincie Gelderland is er alvast veel enthousiasme voor het plan. Gedeputeerde Harold Zoet hoopt dat de commissie-Schoof met de technologie aan de slag gaat. ,,Hoe langer we wachten, hoe langer het duurt voordat betaalbare doelsturing mogelijk is.”

                  De nieuwe meettechniek betekent overigens niet dat modellen helemaal zullen verdwijnen uit het beleid, zegt programmamanager Suer. ,,We hebben bijvoorbeeld nog steeds modellen nodig om te berekenen wat er vanuit die stal later in de natuur terecht komt. Maar dankzij de metingen kunnen we dat wel veel nauwkeuriger berekenen.”

                  Remco Suer bij een oudere versie van de stikstofsensor © Wageningen Univrsiteit

                  Comment


                  • Ik denk dat de techniek ons op vele vlakken kan gaan helpen met onze problemen.

                    Comment

                    Working...
                    X